Wat heeft de Coopertest ons gebracht?

Vraag iemand naar het jaar 1968 en ze noemen waarschijnlijk de Vietnam oorlog of de moord op Martin Luther King. Of dat toen niemand een autogordel droeg en iedereen rookte. Niemand zal zeggen dat er in 1968 een boek verscheen met de titel ‘Aerobics’ geschreven door de arts Kenneth Cooper. Je weet wel, die van van de coopertest. Het boek veroorzaakte een wereldwijde ‘fitness’ revolutie.
Cooper bedacht een manier om fit te worden die nu, meer dan een halve eeuw later, nog steeds gigantisch bepalend is. Hij geloofde in 5 uitgangspunten. Eén: Je fitheid wordt bepaald door je uithoudingsvermogen en niet door je spierkracht. Twee: Je wordt fitter door je hart en longen te trainen en het vermogen van je lichaam om cellen van zuurstof te voorzien. Drie: De beste manier om dat te doen is door hard te lopen, te zwemmen of te fietsen. Vier: Krachttraining heeft geen effect op je uithoudingsvermogen. Vijf: Hoe meer je hardloopt, zwemt of fietst hoe beter.
Klinkt bekend? Hoogstwaarschijnlijk wel, want deze ideeën worden nog steeds als vanzelfsprekend beschouwd. Als dé waarheid, waarop beleidsmakers hun adviezen baseren en die ons allemaal beïnvloedt. Bijna niemand weet dat Cooper zelf op deze uitgangspunten terug kwam, en zich zelfs ongemakkelijk voelde bij de invloed die ze nog steeds hebben.
Toen steeds meer gevallen bekend werden van fitte mensen die ondanks dat zij heel veel hardliepen jong overleden zocht Cooper verder. Hij ontdekte dat je een goed uithoudingsvermogen kan hebben maar dat dit niet persé betekent dat je ook gezond bent. Hij raakte steeds meer overtuigd van het belang van krachttraining en raadde het zijn patiënten aan. Best verrassend toch? In de komende weken veel meer verrassends over wat je fitheid en gezondheid nu echt bepaalt!